Cairns
Na 2 ˝ uur vliegen landden we in Cairns, het zweet brak ons meteen uit! Het is hier ook warm (30-35 gr.), en iets koeler dan in Alice, maar zo verschrikkelijk vochtig. We worden hier ook meteen omringt door heel veel groen, palmbomen en allerlei andere tropische planten. Wat een verschil met die droogte in de Outback.
Het plan was dat we onze huurauto op het vliegveld zouden ophalen, maar aangekomen bij de balie van Budget bleek dat je dan een airportfee moet betalen en als we dezelfde auto bij het filiaal in het centrum zouden ophalen kost het niets extra. We waren erg blij dat de medewerkster ons dit vertelde en meteen ging regelen dat onze boeking omgezet werd. We konden de auto dan pas morgenochtend ophalen (daar hadden ze ons model niet meer en dus moest onze auto naar het centrum gereden worden). Heerlijk omslachtig, maar het scheelde ons wel ruim 200 dollar (160 euro)! Vervolgens maar met de taxi naar ons hostel, een erg grappig hosteltje aan de rand van het centrum. Een kamer van 3 bij 3 met een tweepersoons bed, gezamenlijke badkamer en keuken. Simpel maar best gezellig.
Dinsdag eerste de auto opgehaald, vervolgens zijn we naar de skyrail net buiten de stad gegaan. Een mooie kabelbaan over het tropisch regenwoud! Ongelofelijk hoe dicht begroeid en met zoveel verschillende soorten. Halverwege waren er twee stops. Bij de eerste kon je over een boardwalk door het regenwoud lopen. Die geluiden…ik wil niet weten wat er allemaal rondloopt, of toch eigenlijk wel. Bij de tweede stop waren een paar uitzichtpunten over de rivier die hier doorheen stroomt en de waterval. Deze is normaal in het natte seizoen (t/m maart) erg mooi, maar om een ons onbekende reden was het nu maar een klein pisstraaltje. De kabelbaan eindigde in Kuranda, een voormalig kunstenaars (lees Hippie) dorpje die nu behoorlijk toeristisch geworden is, maar wel erg grappig.
Woensdag weer vroeg op. Ik moet trouwens nog wel wennen aan de supersmalle 2-persoons bedden hier, ben vannacht gewoon letterlijk uit mijn bed gerold (niet lachen!). Om 7 uur werden we opgehaald voor een dagtrip naar Cape Tribulation. Dit ligt nog boven Cairns en hier loopt het tropisch regenwoud direct over in de zee. Bij een wild-life sanctuary kregen we een kopje koffie/thee. Hier hadden ze wat van de dieren die hier in het woud voorkomen. Binnen liep zelfs een hele jonge kangaroe, gewoon los. Echt schattig at hij een stukje appel uit je hand. Toen door naar een uitzichtspunt. Maar het was ondertussen even gaan regen, zo hoort het als je naar het regenwoud gaat! We zagen hier dus ook niets, maar het maakt het regenwoud waar we door heen reden wel extra mooi, zo nat en vochtig. Halverwege was er weer een pad waar we een stuk het woud in konden lopen. De gids vertelde wat over de verschillende soorten planten en bomen en we zagen nog een heel gaaf beest tegen de boom zitten, de naam weten we alleen niet meer. We lunchten in een beachhouse. Het beachhouse stond nog tussen alle bomen in het woud en als je 100m doorliep stond je opeens op een hagelwit strand. Heel mooi en verlaten strand, maar helaas niet geschikt om te zwemmen. Het strand lag vol met kwallen (de giftige Box Jellyfish), in dit seizoen zijn hier veel dodelijke kwallen. Na de lunch hebben we nog een mooie rivercruise over de Daintree-river gemaakt en twee krokodillen gespot. De eerste kwam zelfs een stuk uit de bosjes te voorschijn waardoor we hem heel goed konden zien. Tenslotte zijn we nog naar de Mossmangorge geweest voor een verkwikkende duik in een waterhole. Erg lekker na zo’n lange dag. Toen weer terug naar Cairns, onderweg nog even gestopt bij het uitzichtspunt waar we op de heenweg ook al waren geweest (waar je toen niets kon zien vanwege het vocht in de lucht) maar nu hadden we daar wel een redelijk zicht en konden we zelfs Cairns zien liggen, of dat nou zo bijzonder was weten we niet maar het werd wel even gemeld.
De volgende ochtend zijn we doorgereden naar Mission Beach maar dat lezen jullie binnenkort wel weer.